Positiespel 1
In diagram 1 t/m 4 heeft één van beide kleuren een schijf minder. Jij hebt die kleur (dit kan een andere kleur zijn dan de kleur  
die aan zet is) en mag een schijf bijplaatsen op één van de aangegeven velden. Bij diagram 5 en 6 staat een andere opdracht.
1. Zwart aan zet. Witte schijf plaatsen op 46 of 47. 2. Wit aan zet. Witte schijf plaatsen op 44 of 45.
3. Sla je 9x20 of 19x10? 4. Wit aan zet. Zwarte schijf plaatsen op 4, 5 of 10.
5. Wit aan zet. Zwarte schijf plaatsen op 1 of 2. 6. Wat heeft je voorkeur: 36-31 of 37-31?
    Als je voor 37-31 kiest, hoe sla je dan?
Positiespel 2
In diagram 1, 2, 4 en 6 heeft één van beide kleuren een schijf minder. Jij hebt die kleur (dit kan een andere kleur zijn dan de kleur  
die aan zet is) en mag een schijf bijplaatsen op één van de aangegeven velden. Bij diagram 3 en 5 staat een andere opdracht.
1. Zwart aan zet. Zwarte schijf plaatsen op 1 of 6. 2. Zwart aan zet. Witte schijf plaatsen op 46 of 47.
3. Sla je 41x32 of 42x31? 4. Wit aan zet. Zwarte schijf plaatsen op 4 of 5.
5. Sla je 8x19 of 18x9? 6. Wit aan zet. Witte schijf plaatsen op 36 of 37.